Post | november 2021 | Gooise Meren Bedankt-Vrijwilliger in beeld 2021 | 3 min lezen

Jan (74): ‘Ik kan niet op mijn gat zitten, zo zit ik niet in mekaar’

Vrijwilliger Versa Vrijwilligerscentrale

“Als het nodig is dan pak ik mijn chauffeurspet en ga ik rijden. Maar ik hoef niet per se langs de weg met de PlusBus. Laat mij maar organiseren.” Jan Eijer doet vrijwilligerswerk als coördinator bij de PlusBus Naarden-Bussum en Hilversumse Meent. “Er is altijd wel iets te doen en te regelen, daar hou ik van.”

 

De 74-jarige Jan Eijer woont in Bussum met zijn vrouw. Stilzitten is volgens Jan niks voor hem en dat heeft hij tijdens zijn werkzame leven ook niet gedaan. Hij werkte onder andere als melkboer en als marinier en runde daarbij met zijn vrouw ook nog een gezinshuis voor pleegkinderen. “De laatste jaren voor mijn pensioen was ik veiligheidscoördinator bij het ROC in Hilversum.”

 

‘Coördinator van het hele gebeuren’

Wanneer hij op zijn vijfenzestigste met pensioen gaat, is Jan ook niet van plan om van zijn rust te gaan genieten. “Op mijn gat zitten dat kan ik niet, zo zit ik niet in mekaar. Via via raakte ik in gesprek met een vrouw van het Ouderenfonds. Daar waren ze bezig de PlusBus op te starten. Die vrouw dacht dat dat wel iets voor mij zou zijn. Zo ben ik bij de PlusBus gestart, nu tien jaar geleden.”

 

Wat Jan precies bij de PlusBus doet? “Ik ben coördinator van het hele gebeuren. Ik regel de dagelijkse gang van zaken, financiën, vrijwilligers werven, dat soort dingen. Als het nodig is en we geen chauffeur hebben, dan pak ik mijn chauffeurspet en ga ik rijden. Maar ik hoef niet per se langs de weg met de PlusBus. Laat mij maar organiseren, dat vind ik veel leuker.”

 

‘Er ontstaan vriendschappen’

Jan vertelt dat hij vierentwintig uur per dag en zeven dagen per week bereikbaar is voor de PlusBus. “Toen ik nog werkte maakte ik soms weken van zeventig uur. Ik ben gewend om altijd bezig te zijn en ik ben zeker geen type om achter de geraniums te zitten. Nu ga ik vier ochtenden per week naar kantoor. Heerlijk om even de deur uit te zijn. Dan ben ik van alles aan het regelen en bel ik ook met de mensen die mee zijn geweest met de PlusBus, om even te peilen hoe het is geweest.”

 

Er verschijnt een lach op zijn gezicht. “Er is een vrouw die een paar maanden geleden honderd is geworden. Zij gaat zo’n veertien keer per maand mee met de PlusBus. Ze geniet er zo van! En dat vind ik mooi om te zien. In de bus is het ook altijd gezellig. Je gaat met een groepje iets leuks doen, zoals lunchen of naar het theater. Je bent onder de mensen en legt contacten. En ik zal je vertellen, er ontstaan zelfs vriendschappen tussen mensen die elkaar van de PlusBus kennen. Niet alleen de mensen die meerijden, ook bij de vrijwilligers. Zo zijn we vorige week nog uit eten geweest met een groepje vrijwilligers en onze vrouwen, heel erg leuk.”

 

‘Hup, doorgaan!’

De vrijwilliger blikt terug op afgelopen anderhalf jaar, waarin de PlusBus door corona een tijd heeft stilgelegen. “Dat moest vanwege de maatregelen. Ik heb toen evengoed de bus elke week laten rijden, zodat-ie niet in verval raakt en de accu goed blijft.”

 

Maar door corona zijn de mensen wel terughoudender geworden, merkt hij. “We hebben veel annuleringen op het laatste moment. Dan durven de deelnemers toch niet mee. En dit geldt ook voor de vrijwilligers. Dit zijn vaak ook iets oudere en dus kwetsbare mensen. Er zijn door corona een paar gestopt bij de PlusBus. Jammer maar zulke dingen gebeuren nou eenmaal. Je moet af en toe afscheid nemen.” Dan voegt hij er opgewekt aan toe: “We kunnen dus wel wat nieuwe vrijwilligers gebruiken.”

 

Jan hoopt zijn inspanningen voor de PlusBus nog lang vol te houden. “Ik voel me nog steeds twintig.” Hij lacht hardop. “Nee, ik voel me wel iets ouder. Maar ik ben een oud-marinier en zet gewoon mijn tanden erin. Hup, doorgaan! De PlusBus brengt me zoveel gezelligheid, we lachen veel. En het is toch geweldig dat je op deze manier andere mensen blij kunt maken? Dat zou ik voor geen goud willen missen.”

Deel blogpost